Biografie

Norma is geboren in 1956, in Den Haag. En daar woont ze nog steeds met veel plezier, in het Bezuidenhout.
Na haar eindexamen vertrok ze naar Granada, Spanje, voor een opleiding Spaans. Terug in Nederland volgde ze de opleiding directie-secretaresse bij Schoevers en vond niet lang daarna haar eerste baan bij Theaterbureau Jacques Senf. Ze heeft er twee jaar met veel plezier gewerkt als productie-assistente voor John Lantings Theater van de Lach, maar wilde graag meer van de wereld zien. Ze reisde door Amerika, verbleef bijna een jaar in Nieuw-Zeeland en werkte als hostess aan de Costa del Sol. Weer terug in Nederland kwam ze terecht bij de Euromast, waar ze opklom van directiesecretaresse tot directeur.
Toen Norma in 1991 trouwde met Bas de Jong, klarinettist bij het Residentie Orkest, zei ze haar hoge positie vaarwel en ging ze op freelance basis werken vanuit huis. In 1996, inmiddels moeder van twee zoons, startte ze samen met Bas een VOF: de Jong & Bennink, Muziek en Management. Bas verkocht Viotto mondstukken voor klarinetten en Norma organiseerde diverse workshops en trainingen.
In 2000 begon ze met een 4-jarige opleiding Holistische Kindertherapie, die haar inspireerde tot het schrijven van helende verhalen voor kinderen. In diezelfde periode volgde ze cursussen kleinkunst bij het Koorenhuis in Den Haag en schreef en speelde ze een aantal jaren kleinkunst-programma’s, solo en met anderen. Een gedichtje van haar uit die tijd werd geplaatst in de tweede editie van Poëzie op pootjes, van de R.G. Ruijs Stichting (2008).
Sinds 2004 werkt Norma als ziekenhuisvrijwilliger voor Stichting de Regenboogboom www.regenboogboom.nl. Dit werk is haar op het lijf geschreven.
Door de korte verhalen die ze schreef kwam ze in contact met Theo van Rijn. Haar korte verhaal Zwarte wolken verscheen in de bundel Adrenaline (2010) en Uitverkoren in de bundel 30 openbaringen (2011).
Een aantal jaren geleden had ze een idee voor een bundel korte verhalen. Het eerste korte verhaal waaraan ze begon werd alsmaar groter, tot het uiteindelijk tot haar eigen verbazing een lijvig manuscript was. Norma vroeg redacteur en schrijfcoach Esmé Wekker, die ze via een gezamenlijke vriendin ontmoette, of zij ernaar wilde kijken. Zij sprak vervolgens de wijze woorden: ‘Het is een mooi verhaal, maar het is nog geen boek.’ Vanaf dat moment is Norma door Esmé begeleid in het proces om er wél een boek van te maken. En dat is gelukt. Het heeft veel tijd gekost, veel darlings zijn omgebracht, de structuur is regelmatig veranderd en aangepast, hoofdstukken, passages, zinnen zijn herschreven en nog eens herschreven.
Veel mensen uit Norma’s directe omgeving hebben zich afgevraagd of haar boek ooit af zou zijn. Zijzelf vergeleek het schrijfproces regelmatig met de bouw van de Sacrada Familia in Barcelona; terwijl het nog niet af is, worden de eerst gebouwde delen alweer gerestaureerd. En zo blijf je bezig als je niet oppast.
Ze is blij dat haar roman nu af is en onderdak heeft gevonden bij Uitgeverij Letterdelta van Theo van Rijn en Karin Hazendonk.
Norma hoopt dat het met evenveel plezier wordt gelezen als waarmee zij het heeft geschreven. Eén ding is zeker: het lezen zal een stuk sneller gaan.